Als dat niet gebeurt en de MR geeft geen instemming, dan kan het bevoegd gezag het geschil niet voorleggen aan de Landelijke Geschillencommissie. Die commissie kan zich alleen uitspeken over bevoegdheden die niet dwingend zijn vastgelegd. Dat betekent dat als een bestuur om (bijvoorbeeld) instemming vraagt over een onderwerp waar dat niet is voorgeschreven, de MR er niet van kan uitgaan dat zij dan ook een formeel instemmingsrecht hebben. Als het recht niet in het reglement is vastgelegd kan het bestuur het instemmingsverzoek zonder (formele) gevolgen weer intrekken. Een en ander blijkt uit een recente uitspraak van de geschillencommissie.