Wat Miranda meemaakte is geen uitzondering. Agressie tegen leraren neemt alarmerend toe. Incidenten zijn zeker niet altijd fysiek. Maar ook scheldpartijen, dreigementen en intimidatie laten diepe sporen na. Collega's zien het gebeuren en zien anderen vertrekken. Toch blijft structurele actie vaak uit.
Schokkende cijfers
Uit een recente CNV-enquête blijkt dat ruim 40% van de docenten in het voortgezet onderwijs het afgelopen jaar te maken kreeg met fysiek of verbale agressie. Bijna 30% zag collega's vertrekken vanwege geweld. En ook in het primair onderwijs krijgt 20% van het personeel maandelijks te maken met verbaal geweld (Veiligheidsmonitor 2020-2021). Het aantal schorsingen van leerlingen om fysiek geweld tegen docenten neemt toe, blijkt uit cijfers van de Onderwijsinspectie. In schooljaar 2023-2024 waren het er 236, een stijging van 28% ten opzichte van het jaar daarvoor. Het aantal schorsingen na bedreiging steeg met 23% naar 406.
Nooit meer voor de klas
Als docent weet Miranda hoe ingrijpend agressie kan zijn en als ex-politieagent weet ze ook dat melden wél belangrijk is. 'De politie beschermt, maar heeft ook een begeleidende rol. Scholen doen liever geen aangifte in verband met het behandelproces waarin een kind zit. Maar de ouders van de jongen die de deur vernielde, waren blij met mijn aangifte. Ze bleken zelf met hem in de knel te zitten en mijn aangifte hielp uiteindelijk om hem onder toezicht te krijgen.' Ze ziet ook hoe signalen worden gemist of genegeerd. Een collega met dertig jaar ervaring op een school voor uit huis geplaatste jongeren liep PTSS op nadat hij na een fysieke confrontatie met een leerling met zijn rug op een tafelpunt viel. 'Hij voelde zich niet meer veilig en ging nooit meer voor de klas. Het nieuwe management vond zijn melding onzin. Dat vind ik zo triest.'
Bedreigingen
Docent Karel Jansen* herkent het gebrek aan steun. Hij kreeg te maken met bedreigingen: 'Als ik je weer tegenkom, maak ik je dood.' Hij wilde aangifte doen. 'De school ontraadde het, maar het ging me niet om mij; de jongen had vaker docenten en andere leerlingen bedreigd. Toen de wijkagent belde en zei dat aangifte weinig zin had, heb ik er een melding van gemaakt. Zo staat de naam tenminste in het systeem. Maar een telefoontje van de school ná dit alles, met de vraag: "Hoe gaat het nou met jou?", had ik wel gewaardeerd.'