De brochure Ruimte in regels is onlangs herschreven en laat zien dat er vaak meer mogelijk is dan de mensen op scholen denken. (Brochure Ruimte in regels primair onderwijs | Brochure | Inspectie van het onderwijs) Afgelopen tijd ben ik bezig geweest met onderzoeken naar de kwalitatieve gevolgen van het experiment Ruimte in onderwijstijd, een interessant onderzoek naar alle aan het experiment deelnemende scholen, slechts zeventien. De onderzochte scholen vullen hun ruimte heel verschillend in, waardoor ik verwacht dat het moeilijk wordt om conclusies te trekken. Soms vroeg ik me zelfs af of ze ruimte benutten, die de wet reeds biedt.
Het begrip tijd kwam ook weer langs tijdens een studiemiddag voor inspecteurs over het omgaan met personeelstekort in het onderwijs. Uit onderzoek blijkt dat leerlingen die vijf dagen op school zijn, maar slechts vier dagen les krijgen, het beter doen dan leerlingen die vier dagen naar school gaan. Zo’n wetenschappelijk gegeven vraagt om definities. Wat is lestijd en wanneer spreken we van schooltijd? Dezelfde discussie voerden we naar aanleiding van een casus over pauzetijd. In de ochtend rekenen we het speelkwartier als lestijd, maar de lunchtijd rekenen we niet mee, tenzij er lesgegeven wordt en de leerlingen ondertussen hun boterham mogen nuttigen. Evenzo de tijdvraag bij het lopen naar de gymzaal: is dat gymtijd?