Krimp en toekomstbestendigheid
Een belangrijk thema tijdens het overleg was de verwachte krimp in het MBO. Landelijk dalen de studentenaantallen structureel tot 2035, wat leidt tot meer concurrentie en versnippering van het aanbod. SVO neemt deel aan regionale plannen in Noord-Holland Noord, Friesland en Limburg om o.a. samenwerking te bevorderen.
Om voorbereid te zijn, heeft SVO een bestemmingsreserve gevormd. Hiermee kan de organisatie minimaal 3,5 jaar vooruit, ook als er onverwachte veranderingen in de bekostiging optreden. Tegelijkertijd wordt kritisch gekeken naar de spreiding van vestigingen en de strategische personeelsplanning. Het bestuur benadrukte dat dit juist bedoeld is om ingrijpende bezuinigingen of gedwongen ontslagen in de toekomst te voorkomen.
Strategische koers 2025–2035
Een groot deel van het overleg ging over de nieuwe strategische koers. Het vorige koersdocument liep af in 2024 en SVO heeft ervoor gekozen om ditmaal een visie voor de komende tien jaar vast te leggen. Deze langere termijn geeft meer rust en richting, zowel voor de organisatie als voor medewerkers.
Tijdens het overleg werd stilgestaan bij de vraag hoe SVO zich wil positioneren in het onderwijslandschap. Een belangrijk uitgangspunt is dat SVO een vakopleider wil zijn en blijven. Dit betekent dat onderwijs altijd sterk praktijkgericht en groepsgericht moet zijn. Na corona heeft SVO nadrukkelijk gekozen om niet door te gaan met volledig online onderwijs. Wel blijft de digitale leeromgeving belangrijk als aanvulling, met veel aandacht voor innovatieve vormen zoals 3D-beelden en virtual reality.
Ook werd gekeken naar hoe SVO zich meer als ‘broedplaats voor experimenten’ kan ontwikkelen, bijvoorbeeld door middel van Leven Lang Ontwikkelen-projecten. Hierin wordt uitgeprobeerd wat er gebeurt als de vraag van de student of werkgever centraal komt te staan, in plaats van het kwalificatiedossier.
Al met al laat de strategische koers zien dat SVO enerzijds realistisch kijkt naar de uitdagingen van krimp en bekostiging, maar anderzijds ook ambitieus is in het benutten van kansen in de foodsector en in het vernieuwen van het onderwijsconcept.
Sociaal Jaarverslag
Het sociaal jaarverslag benadrukt meer ruimte voor persoonlijke ontwikkeling, lagere drempels voor loopbaanstappen en jaarlijkse betrokkenheid van teams bij de koers. Met een ontwikkelbudget en meer flexibiliteit wil de organisatie investeren in werkplezier en duurzame inzetbaarheid van medewerkers.
Leven Lang Ontwikkelen (LLO)
SVO maakt gebruik van de landelijke regeling rond Leven Lang Ontwikkelen. Binnen dit project worden experimenten gedaan waarbij niet het kwalificatiedossier centraal staat, maar de leerbehoefte van de student of werknemer. Dit vraagt van docenten nieuwe vaardigheden: het kunnen inspelen op individuele leerwensen en flexibeler omgaan met programma’s. Voor geïnteresseerde medewerkers wordt daarom scholing aangeboden.
Salarismix en doorgroei
Een terugkerend aandachtspunt is de verhouding tussen functies in de LB-, LC- en LD-schalen. De gestelde doelen zijn nog niet bereikt. In het overleg is gesproken over het wegnemen van drempels in scholingstrajecten, zodat meer collega’s de stap naar een hogere schaal kunnen zetten. Dit vraagt niet alleen lef van medewerkers om kansen te pakken, maar ook van de organisatie om daadwerkelijk te bevorderen en minder star vast te houden aan procedures.Conclusie
Het overleg maakte duidelijk dat SVO actief anticipeert op de landelijke krimp en de toekomst onzekerheden in de bekostiging. De strategische koers 2025–2035 biedt richting, met nadruk op vakgericht leren, betrokkenheid van medewerkers en ruimte voor Leven Lang Ontwikkelen. Voor CNV blijft het belangrijk om te waken over werkdruk, doorgroeimogelijkheden en eerlijke arbeidsvoorwaarden voor alle collega’s.
Steven Hopman
CNV Onderwijs
