Een van de meest schrijnende maatregelen is het afschaffen van de onderwijskansenregeling in het voortgezet onderwijs. ‘Deze regeling is er juist voor leerlingen die een steuntje in de rug nodig hebben. Door dit weg te bezuinigen neem je deze jongeren een eerlijke kans op ontwikkeling af,’ aldus Woestenberg. ‘Dat je zo’n regeling uitfaseert, terwijl de kansenongelijkheid in Nederland toeneemt, is echt onbestaanbaar.’
Geen geld voor basisvaardigheden?
Ook het besluit om een deel van de gerichte bekostiging voor basisvaardigheden níét uit te keren, stuit op grote woede. ‘Leraren staan elke dag in de klas om kinderen te leren lezen, schrijven en rekenen. Maar ondertussen trekt de politiek doodleuk bijna €50 miljoen terug die juist daarvoor bedoeld was,’ zegt Woestenberg. ‘Wat wil je nou? Dat leraren gaten dichten zonder middelen? Dat is geen beleid, dat is een brevet van onvermogen.’
Mbo en hoger onderwijs hard geraakt
De verlaging van de bekostiging voor mbo en hoger onderwijs met meer dan €80 miljoen is volgens CNV ronduit schadelijk. ‘We roepen al jaren dat er meer moet worden gedaan aan een leven lang leren en de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. En dan komt dit kabinet met een korting? Dit is beleid tegen beter weten in,’ stelt Woestenberg. ‘Zo jaag je studenten én onderwijspersoneel het hbo en mbo uit.’
Lichtpuntjes
Tussen de bezuinigingen door zijn er gelukkig lichtpuntjes. Zo worden eerdere schadelijke maatregelen, zoals de langstudeerboete en het inperken van de functiemix in de Randstad, teruggedraaid. ‘Dat is een stap in de goede richting,’ erkent Woestenberg. ‘Maar dat mag geen afleidingsmanoeuvre zijn van de kaalslag die verderop in de begroting gewoon doorgaat.’
Prijsbijstelling: korten en doorschuiven
Tot slot is CNV fel op het schuiven met loon- en prijsbijstellingen binnen OCW. ‘Er is al jaren een achterstand in beloning en middelen. En nu wordt er wéér geschoven met geld dat bedoeld is voor loon- en prijscompensatie,’ aldus Woestenberg. ‘Alsof je tegen onderwijspersoneel zegt: werk harder, voor minder, en wees vooral dankbaar.’