De persoonlijke leefwereld en de professionele komen soms bij elkaar. Op vrijdag 6 juni, zo meldt de schoolapp, is helaas de meester afwezig. Er is geen vervanging, we verdelen de leerlingen over andere klassen. Ondertussen heeft dochter op de vmbo-school een vriendelijke Amerikaan zonder bevoegdheid als mentor en docent Engels. De school is blij dat er iemand is. Vriendelijke noodgrepen van onderwijsprofessionals, maar niet het goede onderwijs dat ik mijn kinderen gun. Op het Jeugdjournaal vertelt een leerling uit groep 6 dat hij 23 invallers in 3 maanden tijd kreeg.
Duizenden open vacatures onderwijs
Wie vandaag een school binnenloopt, ziet geen overdaad. Integendeel. De werkdruk is hoog, het lerarentekort groeit, de ondersteuningsbehoefte onder leerlingen neemt toe. Er staan momenteel 12.000 vacatures open in het basis- en voortgezet onderwijs. Dankzij tijdelijke impulsen – uit onder andere arbeidsmarkttoelagen, onderwijskansenregeling – is het gelukt om in ieder geval nog iets van extra handen in de klas te krijgen: onderwijsassistenten, jonge leraren, begeleiders. Die zorgen voor maatwerk, rust, begeleiding. Die maken het verschil. Precies die mensen moeten nu weer weg. Niet omdat ze overbodig zijn. Maar omdat het geld op is.
Scholen verliezen mogelijkheden
Het wordt inmiddels pijnlijk concreet wat deze bezuinigingen betekenen. In totaal worden bijvoorbeeld alleen al bij de grootste koepel Ons Middelbaar Onderwijs in Brabant en Limburg, 3.000 leerlingen getroffen – vaak jongeren die opgroeien in een kwetsbare context, deels grootstedelijk in Eindhoven en Tilburg, met minder ondersteuning thuis, met grotere leerachterstanden of minder toegang tot kansen. Scholen verliezen nu door de bezuinigingen de mogelijkheid om kleine klassen te organiseren, extra begeleiding te bieden, veilige leerplekken te creëren of nieuwkomers goed te begeleiden. Het gevolg? Meer uitval, meer druk op speciaal onderwijs, grotere ongelijkheid.
Onderwijs is geen kostenpost
Bezuinigen op kansengelijkheid betekent niet alleen verlies voor het onderwijs, maar voor de samenleving als geheel. De kosten komen elders terug – in de jeugdzorg, de bijstand, de GGZ. We weten dat investeren in goed onderwijs rendeert. Economisch, sociaal, democratisch. Onderwijs is geen kostenpost, het is publieke infrastructuur. Juist in een tijd van polarisatie, fake news en toenemende kansenongelijkheid, is het cruciaal dat we leerlingen omringen met stabiliteit, voorbeeldgedrag, vertrouwen en ruimte om te groeien.