Weer aan de slag gaan is geen duizenddingendoekje

Hoe pak je de draad weer op als je op jonge leeftijd een van je familieleden verliest? Het overkomt Ellis Schrijvers in 2000, als op 18-jarige leeftijd haar vader overlijd aan een hartstilstand. Ze blikt terug op dat moment, hoe de dood van haar vader haar werk beïnvloedde, waar zij tegenaan liep en hoe het bedrijf haar ondersteunde in haar rouwfase.

In de overlevingsmodus

'Het was een traumatische ervaring. Hoewel ik altijd heb geweten dat mijn vader niet oud zou worden, kreeg ik een klap in mijn gezicht. Ik vond hem, met mijn toenmalige vriendje. Hij was overleden. Ik stond genageld aan de vloer. Dit was het keerpunt in mijn leven. Er brak een periode aan van verstand op nul. De eerste weken regelde ik alles met mijn moeder. We ontruimden de flat, regelde de begrafenis en alles wat daarbij komt kijken. Op de automatische piloot. Eigenlijk wilde ik niet aan rouw. Bang voor de overweldigende kracht van het verdriet. Angstig of ik dat wel zou aankunnen. Dus rouwen, daar deed ik niet aan. Zijn dood kon én wilde ik niet accepteren. Ik leefde de eerste weken in een roes. Ik kwam mijn vader, na zijn overlijden, vaak tegen op straat. Een schilder in schildertenue zag ik aan voor mijn vader, die altijd schilder was geweest. Alsof hij er gewoon nog was. Zeker twee weken bleef ik thuis. Om tot rust te komen. Want ik was niet alleen mijn vader kwijt, maar woonde plotsklaps ook weer bij mijn moeder.'

Steun van collega's

'De afdelingsmanager belde een aantal keer. Om casual te vragen hoe het met mij was. Zonder te sturen om weer aan het werk te gaan. Heel fijn eigenlijk. Ik kreeg de tijd om alles op een rij te zetten. Bij te komen. Een andere collega haakte aan bij de begrafenis. Stuurde een kaartje met troostende woorden. Ik voelde mij gesteund. Gezien. Twee weken na de begrafenis belde een andere collega, van achterin de vijftig. Het type ‘niet lullen, maar poetsen’. Hij maande mij weer aan de slag te gaan. Het zou goed zijn om iets omhanden te hebben. Zonder te vragen hoe ik daarin stond. Ik gehoorzaamde. Aarzelend, dat wel. En stapte een week later op de fiets om weer aan de slag te gaan.'

Weer aan het werk

'Mijn hoofd zat vol mist. En de concentratieboog was nul. Ik was wat onwennig, die eerste dag. Wat moest ik kwijt? Wat was mijn verhaal? Mijn verdriet? Eigenlijk wist ik het zelf niet eens. Ik was verdoofd. Mijn collega’s gaven mij alle ruimte. Accepteerde de kleine schoonheidsfoutjes in het werk. En, heel fijn, lieten mij in mijn waarde. Wilde ik wat kwijt, dan was daar de ruimte. Het luisterende oor. Die arm om mijn schouder. En had ik behoefte aan stilte. Rust. Geen gesprek. Ook dan was er plek om gewoon te zijn.'

Weer aan de slag gaan is geen duizenddingendoekje. Maar het help je wel om orde te scheppen in de chaos.
Ellis Schrijvers - communicatieadviseur

De scherpe rouwrand eraf

'Rouw slijt, hoor je weleens. In die beginfase durfde ik dat niet te dromen. En eerlijk, je staat er op dat moment ook niet om te springen om dat soort adviezen te krijgen. Hoe goedbedoeld ook. Nu, 20 jaar later, besef ik mijzelf dat dit klopt. Het scherpe rouwrandje is eraf. Werk heeft mij daarbij geholpen. Weer aan de slag gaan is geen duizenddingendoekje. Je verdriet is niet weg. Maar het helpt je orde te scheppen in de chaos. Even te lachen met collega’s. Het leven zachtjes aan weer op te pakken. Achteraf gezien ben ik die collega dankbaar voor zijn belletje. Zijn volhardendheid om mij weer aan het werk te krijgen.'

Flexibel opneembaar rouwverlof

'Zelf heb ik best wat ruimte gekregen om bij te komen. Daar ben ik dankbaar voor. Want groot verlies hakt erin. Je bent soms afgepeigerd, terwijl je werkdag daar geen aanleiding toe geeft. Niet iedereen krijgt die ruimte van zijn werkgever. Om gewoon een offday te hebben. Met de dekens over je hoofd. Of om belangrijke zaken af te handelen. Hoe fijn is het dan, als je gebruik kunt maken van flexibel opneembaar rouwverlof. Zonder al je vrije dagen af te snoepen. Gewoon een dag kunnen opnemen als je daar behoefte aan hebt. Want voor rouw is geen protocol. Geen maatstaf. Rouw laat zich niet meten in slechts een aantal dagen.'